Een les uit Sarajevo
Els Snick botste in Sarajevo op levenswijze jongeren, die je niet hoeft te vertellen hoe buren plots vijanden kunnen worden.
Wie? Literair vertaler en doceert Duits aan de UGent
Wat? Hoe stevig je ook bruggen tussen mensen bouwt, in een conflict kan alles snel in duigen vallen
In Sarajevo hangen deze week affiches met foto’s van Geert Mak, Frank Westerman, Saskia De Coster, Griet Op de Beeck en een tiental andere, voornamelijk Oost-Europese schrijvers. Ze staan op het programma van Bookstan Sarajevo, een jong en sympathiek literatuurfestival rond het thema No East. No West. In panelgesprekken rond bijvoorbeeld Literary bridges of borders and boundaries wordt met veel elan en over de grenzen heen gedebatteerd over populisme, nationalisme, emigratie. Op de affiche staat een paal vol wegwijzers naar Aleppo in verschillende richtingen.
In de marge van het festival zijn er workshops in critical writing voor een twintigtal studenten uit voormalig Joegoslavië. Ik werd uitgenodigd om een workshop te geven rond de Oostenrijks-Hongaarse schrijver Joseph Roth (Sarajevo was ooit een Habsburgse stad). Mijn publiek bestond hoofdzakelijk uit jeugdige Bosniërs en Kroaten, en er zat een stevige Serviër met een lange, zwarte baard bij. De studenten analyseerden de scherpe pen van meester-observator Roth in de Engelse vertaling van Joden op drift, een essay uit 1927 over de massale emigratie van de Oost-Europese joden naar het Westen, geschreven in een periode waarin Europa door volksmenners als Mussolini en Hitler naar zijn ondergang werd gestuwd, terwijl de Volkenbond lijdzaam toekeek. Dit vonden ze verbazingwekkend herkenbaar.
Schok van schaamte
Aan een jong Vlaams of Nederlands publiek is het meestal niet overbodig om uit te leggen dat de verhalen van Joseph Roth doordrenkt zijn van het trauma van de Eerste – niet van de Tweede – Wereldoorlog. Toen ik de studenten in Sarajevo over Roths ervaringen aan het front vertelde, knikten ze vanzelfsprekend en bevestigend, wat mij een lichte schok van schaamte gaf. Deze jongeren zijn opgegroeid in oorlogsruïnes, ze zijn de kinderen van getraumatiseerde ouders. Ik hoef hun wat dat betreft niets te vertellen.
De Bosniërs hebben andere zorgen dan de Eerste Wereldoorlog herdenken. De weduwen van Srebrenica huilen nog steeds
In Sarajevo werd in 2014 de moord op de Oostenrijkse troonopvolger herdacht. Er is toen een bescheiden museum opgericht en toeristen kunnen zich in een antiek voertuig laten rondrijden langs de plaats waar Franz Ferdinand en zijn vrouw werden neergeschoten. Van grote festiviteiten voor honderd jaar Eerste Wereldoorlog is hier geen sprake. De Bosniërs hebben andere zorgen aan hun hoofd. De weduwen van Srebrenica huilen nog steeds.
Gevaarlijke barsten
Een bekende Bosnische schrijver, Selvedin Avdic, vertelde op het festival dat het leven sinds het verdrag van Dayton weinig is veranderd, laat staan verbeterd. Het beleid is corrupt en er is gebrek aan persvrijheid – de belangrijkste krantenmagnaat heeft zijn fortuin in de oorlog vergaard. Niet over de vluchtelingenproblematiek breekt hij zich het hoofd (‘geen enkele vluchteling wil hier blijven’), maar over onbetrouwbare leiders en fake news. De kwetsbare vrede vertoont gevaarlijke barsten.
In Sarajevo zijn veel gebouwen nog zwaar gehavend door de oorlog, en ook bij de mensen zijn de wonden lang niet geheeld. Iedereen weet hoe snel zelfs de meest joviale en vredelievende buren elkaar ineens kunnen haten, verjagen, naar het leven staan en vermoorden.
Ik leerde van de studenten dat het Servisch, Kroatisch en Bosnisch eigenlijk één taal zijn, die na de oorlog op een absurde manier in drieën werd gedeeld.
Plotseling ontstond er een Servische, Kroatische en Bosnische literatuur, en had elk land afzonderlijke schoolboeken. Het verschil in nationale of religieuze achtergrond is hen niet meer aan te zien dan dat bij de doorsnee Nederlander, Waal of Vlaming het geval is. Ze zouden zo uit een Gents of Leuvens auditorium kunnen zijn geplukt. De hipsterbaard van de Serviër heeft mij dan ook lelijk op het verkeerde been gezet. Maar dat het snel kan verkeren, weten zij maar al te goed.
Straks speelt Kroatië in de kwartfinale van het WK tegen Rusland. Veel cafés in Sarajevo hebben tv-schermen op het terras geplaatst, in een tent met een groot scherm worden de biervaten aangesleept. Want de Bosniërs juichen mee met de Kroaten, voor de gelegenheid eensgezind scanderend tegen de Russen. Sport slaat bruggen en overstijgt grenzen, net als literatuur. Hopelijk tot lang na het WK.
Aucun commentaire:
Enregistrer un commentaire