vendredi 4 novembre 2016

DS Geen belangen, wel principes door Paul Magnette 20161109

Zelfs in mijn stoutste dromen had ik nooit durven denken dat Ceta hét gespreksonderwerp zou worden in fabrieken en scholen, op kantoren en in cafés. Maar door de mediastorm van de afgelopen twee weken heeft een obscuur onderwerp als een vrijhandelsakkoord een intense polemiek teweeggebracht. Dat is een fenomeen op zich. Ceta behoort in het genre van de handelsakkoorden niet eens tot de ergste in zijn soort (op het vlak van sociale en milieunormen is het zelfs vooruitstrevend), maar het is wederom een nieuw vrijhandelsakkoord. En dat terwijl steeds meer burgers zich vragen beginnen te stellen bij internationale handel. Niet vanwege het protectionisme, zoals fervente aanhangers van de vrijhandel ons soms willen doen geloven, want ze dromen niet van autarkie, maar vragen zich af of het in tijden van klimaatopwarming nodig is om bijvoorbeeld rundvlees van over de Atlantische Oceaan in te voeren. Ze vrezen dat multinationals de wetgeving zullen aanvallen die de gezondheid, de openbare diensten of het milieu beschermt, onder het voorwendsel van bescherming van hun investering. Dat McDonald’s de stad Firenze voor de rechter daagt omdat die verbiedt een fastfoodrestaurant te openen onder de Renaissancekathedraal, lijkt gelijk te geven aan al diegenen die zich keren tegen de schijnbaar grenzeloze arrogantie van de wereldwijde multinationals.

Het ‘kleine’ Waalse Gewest
Dat is schrijnend voor onze Canadese vrienden, die onze waarden delen en hun grote Noord-Amerikaanse buur beschimpen door zich naar Europa te richten. Maar het lot heeft ervoor gezorgd dat het het eerste vrijhandelsakkoord was dat ondertekend moest worden en zo wakkerde Ceta alle bekommernissen aan die het hyperkapitalisme van onze tijd veroorzaakt. De attitude van de Europese instellingen deed de rest. Handel is een exclusieve bevoegdheid van de Unie, maar de nieuwe verdragen gaan veel verder dan dat. Ze kunnen raken aan gevoelige nationale en regionale bevoegdheden (het recht op arbeid, gezondheid, milieu, openbare diensten, sociale bescherming, lokale landbouw). De Commissie had dan ook moeten begrijpen – zeker nu ze beweert politieker te zijn geworden – dat verdragen met zo’n ruime impact de nationale publieke opinies niet onverschillig zouden laten.
In het kleine Waalse Gewest (Wallonië telt 3,5 miljoen inwoners en is daarmee wel groter dan de 7 kleinste lidstaten van de EU) waarschuwde de civil society de politiek al heel snel voor de gevaren van TTIP en Ceta. En haar stem werd gehoord: het Waals Parlement, dat grondwettelijk dezelfde internationale bevoegdheden heeft als een nationaal parlement, nam het onderwerp ter harte en de Waalse regering besloot zijn resoluties te verdedigen. Zodoende ging ik een jaar geleden aankloppen bij de eurocommissaris voor Handel om haar op de hoogte te brengen van onze bezorgdheden. Mevrouw Malmström kwam zeer beleefd antwoorden op de vragen van de Waalse parlementsleden en ging ervan uit dat een dergelijk teken van democratische verantwoordelijkheidszin voldoende zou zijn om alle verzet te doen verdwijnen. Maar dat gebeurde niet. Maanden gingen voorbij en de mobilisering van de burgermaatschappij werd steeds groter, de parlementsleden werden steeds zelfverzekerder en ik begon te begrijpen (en aan onze Canadese vrienden uit te leggen) dat als er geen Europese reactie kwam, we een politieke confrontatie niet zouden kunnen vermijden.

De eerste keer
Heel Europa zal baat hebben bij de vooruitgang die wij hebben geboekt
 
Toen de Commissie ermee geconfronteerd werd dat België zou weigeren te ondertekenen, heeft ze voor het eerst in haar geschiedenis rechtstreeks met een regio onderhandeld. Ze stond toe dat aan het verdrag een juridisch bindend interpretatief instrument werd toegevoegd, dat het verdrag op enkele essentiële punten vervolledigt en verduidelijkt (onder andere door elke vorm van private arbitrage te weren), terwijl de onderhandelingen al afgerond moesten zijn. Ze heeft ook, ondanks de druk en herhaalde ultimatums van voorzitter Donald Tusk, het falen van een Europese Raad moeten vaststellen en een Europees-Canadese top die al bijna een jaar vastlag, moeten uitstellen.
Wij hebben deze confrontatie niet gezocht. Wij hebben enkel gehoor gegeven aan de gerechtvaardigde zorgen van een actieve burgermaatschappij en de rechten van een parlement. Wij hebben niet gevochten voor regionale belangen, maar voor principes die ver buiten onze kleine regio gedeeld worden en heel Europa zal baat hebben bij de vooruitgang die wij hebben geboekt.
Ons isolement maakte deze krachtmeting niet gemakkelijk en had ons duur te staan kunnen komen. Daarom hopen we dat anderen in Europa ons engagement delen. De Commissie moet begrijpen dat ze nooit nog handelsakkoorden zal kunnen onderhandelen als voorheen. En dat, als we de EU met haar burgers willen verzoenen en andere Brexits willen vermijden, we oor moeten hebben naar de wens om te leven in een wereld waar niet alles aan de commercie is overgeleverd. En begrijpen dat willen streven naar een transparant Europa dat rekenschap aflegt aan zijn burgers, sterker is dan ooit.

http://www.standaard.be/cnt/dmf20161108_02563316?shareid=7e1731bcccc31f0554ec5b9a3fc65e5ef561990136995989a0bfd4dfd3da0a95d3782e4d7a8f17c41788b1122cfd9263f29ecdc295b00b3fbfa44dea4bc3bbadce8a36e8d3a5ad889c4c05d87b7a051c

Aucun commentaire:

Enregistrer un commentaire