De triomferende Vlaams Blok-youngsters van 24 november 1991: Filip Dewinter en Gerolf Annemans. pn
Een kwarteeuw na Zwarte Zondag (24 november 1991)
En toen werd nationalisme heel gewoon
De doorbraak van het Vlaams Blok,
vandaag 25 jaar geleden, baande de weg voor de N-VA als onbetwiste
politieke leider in Vlaanderen. De nood aan identiteit en bescherming
in een geglobaliseerde wereld blijft een ideale voedingsbodem voor
structureel succes.
Van onze redacteur
Bart Brinckman
AntwerpenWas
Vlaanderen ooit een politiek laboratorium voor wat zich nu op
wereldvlak voltrekt? De jaren tien van de 21ste eeuw gaan de
geschiedenis in als de ultieme terugkeer van het nationalisme, in heel
wat landen verzinnebeeld door populisten die naast de real Trump in de Angelsaksische media als little Trumps worden afgeschilderd. Mogen we 25 jaar na Zwarte Zondag het Vlaams Blok interpreteren als de avant-garde van wat tegenwoordig mainstream lijkt?
Natuurlijk herinner ik mij die dag. Na het sluiten van de krant toefde de redactie uitgeteld in een groezelig café op de Chaussée de Mons.
Het drankverbruik spoorde met de verbijstering. Vanuit het niets haalde
het Blok tien procent, een racistische sirenenzang verleidde 400.000
Vlamingen. Menig collega zwoer een combattieve eed. De ‘media culpa’ van
de Amerikaanse kranten las daarom als een déjà vu. Soms zie je de
dingen echt niet komen. Of beter, soms laat je jezelf door rationele of
morele principes misleiden.
Donald Trump maakte van
de belediging een ongezien maar doeltreffend wapen. Ook het Blok
grossierde in 1991 met smadelijkheden. Het was een ratjetoe, een
zootje, veelal besmet met een bedenkelijke reputatie. Brutaal en
ranzig nam het een loopje met de heersende zeden, zowel inhoudelijk als
vormelijk. Het verzinnen van een gevat antwoord bleek voor de politieke
en journalistieke tegenstanders een hele opgave.
Het antwoord op het Vlaams Blok kreunde onder een loden moraliteit
Alles kreunde onder een
loden moraliteit. Onmiddellijk lag om dat Blok een cordon. Het
establishment beschouwde de partij resoluut als racistisch, wat een
rechtbank in 2004 ook bevestigde. De deur naar machtsdeelname zat
potdicht, net zoals de discussie hierover een kwarteeuw later. Dat
cordon vond ik om strategische en inhoudelijke redenen bedenkelijk.
Aanvankelijk maakte de
schutkring het Blok enkel groter, waarbij het kiezerskorps zich tot alle
lagen van de samenleving verbreedde. Bovendien kwam het de traditionele
partijen goed uit. Het weggommen van duizenden kiezers garandeerde hen
de macht. Maar het cordon ontsloeg de partijen vooral van een
inhoudelijke contra-strategie. Het was wachten op de N-VA vooraleer de
Blok-kiezer een geloofwaardig tegenbod kreeg.
Koude steen
Net als economisten
leggen journalisten pas achteraf de loop van de geschiedenis haarfijn
uit. Het Blok profiteerde in 1991 optimaal van de omstandigheden. Als
premier was Wilfried Martens (CD&V) uitgeleefd, zijn kabinet viel
in totale chaos, de antipolitiek piekte. Onderhuids woekerde in
verwaarloosde stadswijken de ergernis over de ‘gastarbeiders’. Het Blok
beantwoordde die onbehouwen en emotionele hartenkreet.
Verbijstering op de verkiezingsavond bij de toenmalige CVP-toppers Dehaene, Van Rompuy en Van den Brande. pn
De politiek kent one-hit wonders,
zoals Rossem of LDD. Maar het Vlaams Blok teerde op cellen in
heel Vlaanderen, met gretige militanten die het vuile werk opknapten.
Dat was een erfenis van de repressie. Heel wat slachtoffers raakten aan
elkaar geklonterd, als vorm van wederzijdse bijstand. Zonder die
onderbouw had het Blok zijn plotse succes nooit duurzaam kunnen
verankeren. Meteen scoorde de partij flink beter dan vergelijkbare
initiatieven in het buitenland. De wereld nam bezorgd poolshoogte.
Journalisten lazen de
kretologie van het Blok te letterlijk. De factchecks vielen op een koude
steen. De Blokkiezer besefte dat het terugkeerbeleid of het etnisch
zuiverende 70-puntenplan fictie waren. Maar op zijn minst moest aan dat
‘vreemdelingenprobleem’ iets worden gedaan. Zelfcensuur, maar vooral
morele betweterigheid stonden empathie in de weg. Veel energie ging naar
manifestaties tegen racisme en vreemdelingenhaat. Die overtuigden enkel
de overtuigden.
Veel tijd ging
verloren. Nauwelijks tien jaar geleden besloot de Vlaamse regering om
inburgeringscursussen te verplichten. Rond de eeuwwisseling presteerde
de paars-groene regering het om de nationaliteit haast onvoorwaardelijk
toe te kennen, de kennis van de landstaal was overbodig. Politici
geloofden dat de Belgische nationaliteit het opstapje voor de integratie
zou zijn, ze vergisten zich. Veel kiezers konden niet meer volgen.
Gastarbeiders worden moslims
N-VA en Vlaams Belang vertegenwoordigen een meerderheid die zich argwanend opstelt naar onstuitbare veelkleurigheid
Ondertussen heeft de
N-VA de aanhang van dat als Vlaams Belang omgedoopte Vlaams Blok
overgenomen. Bruno De Wever had daarover in Humo een prikkelende
theorie. Blokkiezers van het eerste uur, aanvankelijk vooral arbeiders,
voelden zich door de socialisten in de steek gelaten, ja zelfs als
racisten weggezet. De overstap naar het Blok verkruimelde het taboe om
later opnieuw voor een nationalistische, anti-Belgische partij te
stemmen. Zeker wanneer zo’n proteststem kon uitgroeien tot een
beleidstem. Voor de Gentse historicus ligt het succes van het Blok mee
aan de basis van het succes van de N-VA.
Toch zou het unfair
zijn om de N-VA als inhoudelijke opvolger weg te zetten. Vlaams Belang
pleit voor een etnisch nationalisme, de N-VA zweert bij een civiel
nationalisme. Nieuwkomers zijn welkom: op zijn minst geïntegreerd, als
het kan geassimileerd. Civiel nationalisme is eerder verzoenend en
vooruitkijkend, het appelleert aan universele waarden. Etnisch
nationalisme grijpt terug naar een nostalgische en gesloten
samenleving.
De hypothese van het
Vlaams Blok als wegbereider voor de N-VA zoomt in op de vraag hoezeer
dat Blok de geesten van de Vlamingen heeft laten ‘rijpen’, ja zelfs de
latente gevoelens van xenofobie volstrekt legitiem heeft gemaakt. Wie
vandaag een veelkleurig Vlaanderen verdedigt, verzeilt hoe dan ook snel
in het defensief. Het beleid oogt behoorlijk repressief. Aan gespierde
uitspraken over de toegang tot het grondgebied en de verplichte
integratie geen gebrek. Het discours over het fundamentele recht op
ontplooiing en emancipatie klinkt minder voluntaristisch.
VB-voorman Karel Dillen met enkele zetels verder de
klassieke partijen: Patrick Dewael, Frank Vandenbroucke en Herman Van
Rompuy. pn
Dat antwoord moeten
sociologen maar uitzoeken. Want het klimaat is onvergelijkbaar. Een
kwarteeuw geleden draaide het ongenoegen in de eerste plaats om
gastarbeiders die het werk van de Vlamingen zouden afpakken. Dat ze de
islam beleden was in zekere zin een folkloristisch neveneffect waarmee
af en toe eens flink werd gelachen. Na elf september sloeg dat beeld
volledig om. Voortaan kreeg het de allure van een cultuurstrijd. De
aanwezigheid van moslims werd gezien als een mogelijke aanslag op de
westerse waarden. Critici waarschuwen voor een soumission.
Wegbereiders
Een alerte Filip
Dewinter vertaalde dat onmiddellijk naar het eigen programma.
Tegelijkertijd onderschatte hij de aanzwellende concurrentie op rechts.
Zijn uitgewoonde partij bleek een makkelijke prooi voor een formatie die
niet te lijden had onder het cordon. Als geen ander exploiteerde Bart
De Wever het (electorale) belang van houvast en identiteit in een
volledig ontvoogde samenleving. Mensen hebben nood aan beschutting,
zeker in een geglobaliseerde wereld die worstelt met een
vluchtelingentsunami en islamterreur. Op zijn minst bemoeilijkt dat een
begripvolle houding naar de nieuwkomer.
Sedert 2015 groeien
Vlaams Belang en N-VA in hun identitaire benadering onmiskenbaar naar
elkaar toe. Vlaams Belang wil zich ontdoen van zijn ranzige kantjes, de
N-VA verstrakt haar benadering (onverdoofd slachten, kwetsende
uitspraken over berbers). Zij nestelen zich samen aan dezelfde kant van
een heruitgevonden levensbeschouwelijke breuklijn: hoe ziet Vlaanderen
de islam? Evenmin lopen ze voorop met pleidooien om discriminatie te
neutraliseren.
Samen vertegenwoordigen
ze de meerderheid van de Vlamingen die zich argwanend opstelt naar die
onstuitbare veelkleurigheid. Die volgzaamheid vergroot de noodzaak aan
dwarsliggers, politieke wegbereiders die onderstrepen dat nieuwkomers
niet alleen moeten worden geduld maar uiteindelijk ook gelijkwaardig
moeten participeren. Het impliceert dat er ook meer naar elkaar wordt
geluisterd, zelfs wanneer zo’n boodschap een vervelende realiteit
blootlegt.
Aucun commentaire:
Enregistrer un commentaire